Op weg naar China 12 & 13 augustus

13 augustus 2018 - Peking, China

De trein naar Beijing zou vandaag om 08.30 uur moeten vertrekken vanuit Ulaan Bataar. Maar zoals het bij een goed treinbedrijf hoort was de trein niet op tijd weg. Uit de laatste wagon zagen wij opeens een hele Mongoolse familie inclusief bagage stappen. Zij werden door het personeel uit de trein gezet. Dat was dus de vertraging, verstekelingen.

Met een druilerige regen vertrokken wij uiteindelijk drie kwartier te laat.

Zittend in onze 1e klas coupe van de Chinese trein reden we weer door Mongolië. eigenlijk minder luxe dan de 2e klas van Russische treinen.

Na zo,n twee uur kwam er plots Engels sprekend personeel onze coupe binnen. We moesten onze tassen pakken omdat bij het volgende station de trein zou stoppen.

Met pijn en moeite vertelde de tolk dat de rails geblokkeerd werden vanwege het slechte weer. Wij dachten net zoiets als blaadjes op de rails bij onze NS in de herfst.

Bij het volgende station moesten wij dan over in bussen om de hindernis te omzijlen.

Inderdaad stonden er meerde touringcars bij het volgende station. Inmiddels regende het enorm buiten. Op een listige manier werden de bussen langs te rein gereden en konden wij, bagage afgevend, overstappen in een naar geiten stinkende oude bus.

De hele operatie verliep verders traag. Een dik uur later reden wij onder politie begeleiding met 5 volle bussen het dorp uit.

We reden net op de grote weg toen ik merkte dat de bus nogal van links naar rechts over de rijbaan schoot. Ook kon onze chauffeur, met zonnebril en beslagen ramen, de andere bussen niet bijhouden.

De man had de grootste moeite om de bus, met zeker een kwart slag stuurspeling, op de rijbaan te houden. Om het veiliheids gevoel nog wat te verhogen ging hij nog even lekker zitten bellen waardoor de bus helemaal van berm tot berm ging.

Maar dit was het nog niet. De druiloor stak opeens zijn kop uit het raam en begon een sigaret op te steken. Grote borden dat er niet gerookt mocht worden in zijn bus deerden hem niet.

Omdat de airco het niet goed deed besloeg de gehele bus en kon hij nog maar door een klein gaatje het wegdek zien.

Er bevloog mij maar een gedachte: uitstappen nu. Maar kijkend in het weidse landschap en het feit dat er verder geen vervoer voor handen was deed mij met angst besluiten nog even te blijven zitten.

Het regent hier, riep Eveline opeens. Grote druppels vielen vanuit het plaffond in haar nek. Toen wij de tweede medewerker van de bus hierop attendeerden kwam hij met een smoezelig doekje en veegde aan het plafond. Opgelost  dacht hij.

Echt niet. Even later kwam het met bakken naar beneden dus Eveline in regenjas in de bus. Er was nl geen andere plaats beschikbaar.

Na een ander half uur door de regen te hebben gereden, binnen en buiten, kwamen wij gelukkig bij een trein station aan. Daar stond een nieuwe, Mongoolse trein keurig te wachten.

Zo vies en oud de Chinese 1e klas was zo mooi en schoon was deze. Toch een gelukje bij deze shit.

Eenmaal in de trein duurde het nog uren voor het vertrok. De trein moest nl nog bevoorraad worden. Maar na het uitdelen van de lakens en handdoeken dan eindelijk op weg naar Beijing. Helaas kon of wilde niemand ons vertellen hoe laat we nu zouden aankomen.

Tijdens het wachten kwam er een Engels sprekende dame van de trein. Zij vertelde ons dat de trein voor ons was verongelukt. Door de hevige regenval had nl een rivier massaal de rails aangetast. Hierdoor is de trein geheel uit de rails gelopen. Daarom moesten wij met bussen. Hierbij toonde zij een tweetal foto’s van het ongeval. Ok nu begrepen we het. Maar de chauffeur van de bus bleef een gevaarlijke druiloor.

Rijdend door een regenachtig Mongolië zagen wij dat de rivieren behoorlijk buiten de oevers spoelden. Ook stroomde menigmaal een rivier wild over of vlak langs de rails. Hierdoor reed de trein niet hard en schoten we niet op.

Om 23.00 uur stopte de trein op een vel verlicht station. De grens met China. Om Mongolië te verlaten duurde een dik uur. Dat kon van de binnenkomst van China niet gezegd worden.

Op de grens stroomden er vele jonge geüniformeerde douane beambtes de wagons binnen. Er werd ons opgedragen alle bagage te pakken en mee te nemen naar de ruimte van de immigratie dienst.

Dus uit je bed en slepen maar. In een grote ruimte werden wij in rijen gezet om de paspoort controle te laten doen. Hierbij werden vingerafdrukken en foto’s van ons genomen. Vervolgens de bagage door de scan en weer in een rij om het gestempelde paspoort te laten controleren. Eenmaal daardoor kwamen wij in een veel te kleine wachtruimte.

En nu kwam het grote wachten. Eindeloos in een kil gebouw met te weinig stoelen moesten wij daar tot 04.00 uur hangen. waarom werd totaal niet verteld. Sterker nog deze landen communiceren in het geheel niet met toeristen, je merkt het wel als er iets is.

Na opnieuw met de hele boel te zijn ingestapt konden wij onze weg vervolgen door China. Maar nu werd het al langzaam licht en slapen kwam er niet echt meer van.

Zo regenachtig als Mongolië eindigde zo zonnig begon China.

Opvallend was ook direct het verschil met Mongolië. In China werd de grond verbouwd en was de infrastructuur vele malen beter. Mooie wegen en spoorviaducten werden weer normaal.

Ook in de stadjes waar we doorheen kwamen zagen wij de enorme opbouw van dit in rijkdom groeiende land. Oude woonwijken gingen plat en luxe nieuwe woningen waren ze aan het bouwen.

Met vier vertraging kwamen wij aan in een heet station Beijing. Na de trein uit gewandeld te zijn kwamen wij op een enorm druk voorplein van het station.  wij in de drukte op zoek naar ons transport naar het hotel. Die zagen wij niet. Dus maar even bellen met een telefoon van een Chinese politie agent, die zo vriendelijk was ons te helpen. Natuurlijk, geen gehoor. Het was tenslotte al 19.00 uur. Dan maar op zoek naar een taxi van het plaatselijke taxi, dieven gilde.  Net als vroeger bij het CS Amsterdam troffen wij een taxi lus aan met een host. Die stopte ons in een oude taxi met een mannetje die niet kon lezen. De host brulde het adres in Chinees en op weg. Argwanend door onze eigen taxi boeven hielden wij het mannetje en routeplanners nauwlettend in de gaten. wij laten ons niet bedonderen, toch?

na een half uurtje stopte hij in een donkere straat. Hier is het probeerde hij te zeggen. Aangezien wij nog geen Chinees geld hadden dus eerst even halen bij de receptie van het hotel. Mannetje liep mee Met de taxi bon van de meter. Bij betalen bleek dat wij de hele rit hadden gemaakt en 3,60 euro moesten betalen.

Niks bedonderd of afgezet gewoon een eerlijke taxi chauffeur. Gelukkig zijn die er dus toch in de wereld.

Eindelijk in het mooie hotel Kapok en tukken.

Foto’s